De Raad voor Vergunningsbetwistingen. Wie? Wat?

In onderstaand nieuwsbriefje wordt dieper ingegaan op (de werking van) de Raad voor Vergunningsbetwistingen (RvVb). De RvVb is geen gewone rechtbank, maar een onafhankelijk Vlaams bestuursrechtscollege. Bestuursrechters buigen zich over de wettigheid van verschillende beslissingen.

*****

De Raad voor Vergunningsbetwistingen is een onafhankelijk Vlaams bestuursrechtscollege dat oordeelt over de wettigheid van:

  • Uitdrukkelijke of stilzwijgende vergunningsbeslissingen genomen in laatste administratieve aanleg;

  • Beslissingen over een verzoek of initiatief tot het opleggen, wijzigen of aanvullen van voorwaarden in laatste administratieve aanleg;

  • Beslissingen over aanvragen tot afwijking van algemene en sectorale milieuvoorwaarden;

  • Uitdrukkelijke of stilzwijgende aktenames van meldingen;

  • De opname of de weigering tot opname van een constructie als vergund geacht in het vergunningenregister;

  • Onteigeningen.

De RvVb beoordeelt zelf dus geen vergunningsaanvragen: het zijn de vergunningverlenende overheden die hierover oordelen. De RvVb controleert enkel de wettigheid van deze beslissingen.

Beroepen bij de RvVb moeten worden ingesteld binnen een termijn van 45 dagen.

Deze 45 dagen-termijn gaat in de dag na de datum van de betekening/registratie van de beslissing (voor personen aan wie de beslissing betekend moet worden) of de dag na de eerste dag van de aanplakking van de beslissing ter plaatse.

In het kader van een vernietigingsberoep doet de RvVb doorgaans uitspraak een jaar nadat het verzoek tot vernietiging werd ingediend.

Bij schorsingsberoepen wordt een uitspraak verwacht binnen 2 à 3 maanden nadat het verzoek tot schorsing werd ingediend.

Bij schorsingsberoepen bij uiterst dringende noodzakelijkheid (UDN) ligt er doorgaans een uitspraak van de RvVb voor 10 dagen nadat het verzoek tot schorsing bij UDN werd ingediend.

De RvVb kan als volgt beslissen (afhankelijk van hetgeen wordt gevorderd in een ontvankelijk beroep):

  • Eén of meerdere middelen zijn ernstig: het bestreden besluit wordt geschorst.

  • Eén of meerdere middelen zijn gegrond: het bestreden besluit wordt (geheel of gedeeltelijk) vernietigd.

  • Bij een vernietiging, moet de vergunningverlenende overheid binnen een door de RvVb vastgestelde ordetermijn (doorgaans 3 maanden) opnieuw een beslissing nemen over de aanvraag, rekening houdende met het tussengekomen vernietigingsarrest. De RvVb kan daarbij ook voorwaarden opleggen.

  • Bij een vernietiging, kan de RvVb zelf ook meteen over gaan tot de weigering van de aanvraag als blijkt dat de nieuwe beslissing het gevolg is van een gebonden bevoegdheid van de vergunningverlenende overheid.

  • In eerder uitzonderlijke gevallen kan de RvVb ook een dwangsom opleggen op verzoek van een partij in het geding.

Het werk van de RvVb is van onschatbare waarde: de RvVb ziet er immers toe op de wettigheid van de individuele overheidsbeslissingen. 

Volgende
Volgende

Het wegenisberoep en de stilstand van de vergunningsprocedure